Teelt, snoei en verzorging van fruitbomen, druiven, kleinfruit, noten en bijzondere fruitsoorten. Bijzondere tomaten. Volgtip: www.fruitabc.be
dinsdag 31 maart 2009
Onkruidbestrijding bij fruitbomen en houtig kleinfruit
Droog en zonnig weer zijn ideaal om te hakken of te schoffelen!
De boomspiegel van fruitbomen moet tijdens de bloeiperiode vrij blijven van onkruiden. Na de bloeiperiode kan je de boomstrook laten begroeien met allerlei bodembedekkende planten, zodat er minder voedingsstoffen kunnen uitspoelen en nuttige insecten beter kunnen overleven. In de biologische fruitteelt mag er niet gespoten worden met scheikundige producten tegen onkruid (herbiciden), waardoor onkruidmanagement belangrijk wordt. Let op voor vruchtboomkanker en stambasisrot bij gevoelige appelrassen!
Tijdens de bloeiperiode (maart, april, mei) is het meestal niet gewenst de boomspiegel te laten begroeien om de schade t.g.v. lentenachtvorst te beperken. Ook met het mulchen onder fruitbomen kan je beter wachten tot na de bloei.
Bij fruitbomen met begroeiing tot tegen de stam is er meer kans op vorstschade aan de bloesems. Ook kunnen er meer luchtwortels en schade door de appelglasvlinder ontstaan. Gevoelige appelrassen worden meer vatbaar voor vruchtboomkanker als de stam onvoldoende kan opdrogen.
Als er geen lentenachtvorst voorspeld wordt dan kan er ondiep gehakt of geschoffeld worden. Doe dit als het onkruid nog klein is of als het onkruid nog moet kiemen. Een losse grond onder bloeiende fruitbomen kan meer schade door lentenachtvorst geven. Let op dat je de stam niet beschadigd, want dan kunnen er schimmels infecteren.
Meer lezen over onkruidbestrijding.
Lees ook de blog over "Lentenachtvorstschade voorkomen bij fruitbomen.
Lees ook meer over combinatieteelten. Goede en slechte buren.
Het is niet altijd eenvoudig om ziekten en plagen op cultuurplanten te determineren.
Een overzicht van nuttige weblinks plantenziekten en plagen: diagnose, voorkoming en biologische bestrijding bij fruit, groenten en sierplanten.
maandag 30 maart 2009
Kiwi's enten is niet moeilijk!
In de fruitblog van januari kwam het zaaien van kiwi's reeds aan bod.
Kiwi's zijn gemakkelijk te zaaien en mits wat handigheid ook te enten.
Gezaaide kiwiplanten geven na ca 8 (10) jaar bloemen en vruchten. Geënte kiwiplanten geven na 2 jaar vruchten.
Zaai de kiwi's op een warme plaats (20°C), nadat ze een koudebehandeling hebben gekregen. Kiwizaailingen kunnen het volgende jaar geënt worden.
Als voorbereiding op het enten worden de kiwiplanten tijdig ingepot. Dit kan reeds in november - december gebeuren. De lange twijgen en wortels mogen hierbij wat ingekort worden.
De planten worden eerst in een koude (vorstvrije) ruimte geplaatst. Geleidelijk aan kan men de temperatuur verhogen, zodat de kiwiplanten in maart of april volledig in het blad staan.
De 1 - of 2 (3)- jarige kiwizaailingen welke goed in groei zijn kan men enten. Doordat de zaailingen in groei zijn getrokken, is de lukking van de enten meestal beter. (De lukking is 60 tot 90%)
Men kan enten op ongeveer 5 tot 10 cm boven de grond. Als entmethode kan men de plakgriffel (copulatie) en de verbeterde plakgriffel (Engelse griffel) gebruiken.
Meer lezen over het enten van kiwi's.
Vanaf half mei als er geen vorstgevaar meer is kunnen de jonge entelingen in openlucht uitgeplant worden. Doe dit bij een bewolkte dag want de jonge bladeren verbranden gemakkelijk door de zon.
Meer lezen over de vermeerdering en snoei van kiwi's.
zondag 29 maart 2009
Nazorgen bij het planten van fruitbomen.
Foto's:
Kruisbes op stam met mulch van hakselhout
Geënte boom met boomonderdelen
Appelboom aan bamboe vastgemaakt met bindbuis
Om een optimale hergroei van fruitbomen en houtig kleinfruit te bekomen kan je best alles vastmaken aan de steunpaal met boomband of bindbuis.
Door te mulchen op de boomspiegel (plantstrook) wordt het uitdrogen van de grond en onkruidgroei voorkomen. Bij jonge bomen is een boomspiegel van 50 x 50 cm per boom voldoende. Later kan de boomspiegel beter vergroot worden naar 80 x 80 cm.
Laagstam-fruitbomen die volledig in het gras staan groeien minder goed en geven sommige jaren geen vruchten doordat ze meer schade van lentenachtvorst hebben.
Fruitbomen vastmaken aan een steunpaal geeft de beste hergroei. Het bindmateriaal mag later niet insnoeren, dus hou hiermee rekening.
Voor een goede hergroei moeten fruitbomen losjes vastgemaakt worden aan een boompaal of aan lei-draden.
Controleer de geënte fruitbomen op hun plantdiepte en afstand van de paal. De entplaats moet minstens 10 cm boven de grond staan (Laagstam). Een kleine correctie is eventueel nu nog mogelijk.
De bomen mogen NIET schuren tegen de boompaal of tegen de lei-draden. Schuurwonden kunnen bij appelbomen kankeraantasting veroorzaken! De bomen moeten ca 10 cm (voetbreedte) van de boompaal geplant worden.
In Vlaanderen komen de bomen bij voorkeur aan de oostzijde van de paal. Door de overheersende westenwind waaien ze dan weg van de paal.
Breng een bescherming aan tegen vraatschade van konijnen en vee.
Controleer of de etiketten niet kunnen insnoeren. Eventueel de etiketten verwijderen en een plantschema maken van de bomen.
Meer lezen over nazorgen bij het planten.
Moeilijke woorden? Meer lezen over tuintaal, vaktaal.
Bij een late aanplanting in het voorjaar kan het gewenst zijn wekelijks water te geven.
Jonge fruitbomen worden best in maart-april gesnoeid. Laat bij pas geplante fruitbomen niet te veel zijtakken en bloemknoppen staan, want dit is nadelig voor een goede hergroei. Soms wordt er aangeraden alle bloemen te verwijderen.
Lees meer over het snoeitijdstip en de snoei van fruit in de snoeikalender.
zaterdag 28 maart 2009
Lentenachtvorstschade voorkomen bij fruitbomen
Foto's:
Perzik, amandel, Japanse pruim, abrikoos en sleedoorn.
Lentenachtvorst kan de geopende fruitbloesems beschadigen! Hierdoor is er een grote kans op een misoogst. Niet-geopende bloesems verdragen iets meer vorst.
Steenfruitbomen (abrikoos, amandel, nectarine, perzik, kers, pruim) bloeien vroeger dan pitfruit (appel, peer) en zijn dan ook gevoeliger voor bevriezen van de bloemen.
Tijdens de bloei zijn diverse fruitsoorten heel gevoelig voor koude. Vroegbloeiende fruitsoorten hebben meer kans op vorstschade dan laatbloeiende fruitsoorten. Vroegbloeiende fruitsoorten zijn abrikozenbomen, perzikbomen, nectarinebomen, amandelbomen, pruimenbomen, sleedoorn en kersenbomen. Sommige fruitsoorten bloeien reeds rond half maart en de bloesems lopen dan risico op bevriezen. Gesloten bloemknoppen verdragen een lichte nachtvorst.
Laatbloeiende fruitsoorten zijn o.a. kweeperen, mispel, vlierbes, tamme kastanje, braambessen en herfstframbozen.
Door de zwarte strook onder de bomen zwart, onkruidvrij en gesloten te houden tijdens de bloei is er een warmteuitstraling van de grond waardoor een lagere temperatuur (-2 tot -3°C) verdragen wordt.
Ook bomen op kort gemaaid gras verdragen een iets lagere temperatuur (-0,5 tot -1°C.)
Kiwibessen (Actinidia arguta) in winterrust (= zonder bladeren) verdragen vorst tot -20°C. Eénmaal uitgelopen (jonge bladeren) worden ze wel vorstgevoelig en moeten ze beschermd worden tegen de vorst. Jonge, aangekochte kiwiplanten die bij aankoop reeds uitgelopen zijn moeten goed beschermd worden tegen de vorst.
Maak de boomspiegel (zwarte strook onder bomen en struiken) vandaag onkruidvrij. Leg een dunne laag GFT-compost op de boomspiegel. Indien u een hak of schoffel gebruikt, zorg dan dat de grond opnieuw gesloten komt te liggen. Is de grond erg droog en los maak hem dan eens goed vochtig.
Een zwarte, gesloten en vochtige ondergrond kan veel warmte (2 tot 3°C.) uitstralen 's nachts, zodat schade door lentenachtvorst voorkomen wordt. Gras onder en nabij vroegbloeiende bomen & struiken wordt zo kort mogelijk afgemaaid en het gras wordt verwijderd.
Voor de bloei mag je GEEN mulch van hakselhout of schors aanbrengen! Wacht hiermee tot NA de bloei.
Meer lezen over het voorkomen van lentenachtvorstschade aan fruitbloesem.
Een goede kruisbestuiving kan bij vroegbloeiende fruitsoorten voor een betere vruchtzetting zorgen. Ook bij zelfbestuivende perzik- en abrikozenbomen kan bestuiving door een ander ras voor een veel regelmatigere productie zorgen.
Meer lezen over bestuiving (deel 1).
Lees meer in deel 2 over de bestuivingsvaktaal.
Uitvoerige informatie over de rassenkeuze, teelt en verzorging van alle fruitsoorten kan u vinden in de "Groente & Fruit Encyclopedie".
Meer lezen over de Groente & Fruit Encyclopedie (Auteurs: Luc Dedeene & Guy De Kinder, Kosmos Uitgevers)
vrijdag 27 maart 2009
Zonder moestuin toch tomaten kweken?
Op foto's:
'Ida Gold', 'Red Alert', 'Tiny Tim', 'Tom Red' en 'Whipper Snapper'. (Gecombineerd met Tagetes - afrikaantjes, Allium schoenoprasum - bieslook en Tropaeolum - Oost-Indische kers)
Ook als u geen moestuin (groentetuin) hebt kan u tomaten en paprika's kweken! Er zijn enkele tomaten- en paprikarassen die een dwergachtige, compacte groei hebben en die gemakkelijk op het terras, balkon, veranda of vensterbank kunnen gekweekt worden. Meestal hebben ze een korte groeiperiode en geven op enkele maanden tijd talrijke middelgrote of kleine vruchten.
De rijpe vruchten zijn erg sierlijk en bovendien nog lekker van smaak.
Geschikte paprikarassen zijn 'Earliest Red', 'Healthy', King North' en 'MiniBell'.
Geschikte pottomaten zijn o.a. 'Fuzzy Wuzzy', 'Ida Gold', 'Silver Fire Tree', 'Red Alert', 'Tiny Tim', 'Tom Red' en 'Whipper Snapper'.
Geef ze de eerste maanden NIET teveel water, want dan kunnen de worteltjes afsterven!
In maart en april hou je die tomatenplantjes best binnenshuis waar het lichtrijk en warm is (12-18°C.)
Rond half april kunnen de planten bij zonnig weer al enkele uren buiten staan. Breng ze 's avonds terug binnen want ze verdragen geen koude! Kijk uit voor verbranding door te felle zon als de planten de eerste keren buiten komen.
Zodra het gevaar op nachtvorst definitief voorbij is kunnen de planten buiten blijven staan. (Rond begin mei).
Tomaten en paprika's vragen een zonnige, beschutte (droge), warme standplaats. Net zoals andere terras- en kuipplanten moeten ze regelmatig water en meststoffen krijgen.
Meer lezen over bijzondere tomatenrassen.
Zie ook de vorige blogs over het zaaien en inpotten van bijzondere tomaten.
donderdag 26 maart 2009
Economische crisis? Kweek zelf gemakkelijke fruitsoorten!
Plant en pluk gezond (klein)fruit uit uw eigen tuin!
Plant gemakkelijke, productieve fruitsoorten in uw fruit- of siertuin. Het is een groene investering die zichzelf snel kan terugverdienen, mits de juiste fruitsoorten en plantafstand te kiezen.
Kies gemakkelijke fruitsoorten en fruitrassen die productief zijn en geen gewasbeschermingsproducten nodig hebben. De uiterlijke kwaliteit is mogelijk wat minder dan winkelfruit, maar de betere smaak zal dat wel goed maken.
Het is aan te raden niet te veel planten van dezelfde soort te planten, zodat u geen overvloed aan fruit moet oogsten, die u toch niet op kan krijgen. Invriezen en verwerken tot jam, confituur, vruchtensap en vruchtenmoes is dan een oplossing.
Hebt u weinig plaats? Kies dan vooral kleinfruit en eventueel ook steenfruit. In de winkel kost kleinfruit en steenfruit meer dan pitfruit (appel en peer). Geef je toch de voorkeur aan appelbomen en je hebt heel weinig plaats? U kan dan zgn "minitrees' planten, met als rassen 'Moonlight', 'Red Lane' en 'Sunlight'. Plantafstand 50 tot 80 cm.
Herfstframbozen, taybessen, vijgen en kiwibessen 'Issai' kan u zelfs in potten op uw terras of balkon kweken!
Ook sommige tomatenrassen kan u gemakkelijk in potten en bloembakken kweken.
Meer lezen over gemakkelijke en snel producerende fruitsoorten.
Uitvoerige informatie over de rassenkeuze, teelt en verzorging van zure kersen (krieken) kan u vinden in de "Groente & Fruit Encyclopedie".
Meer lezen over de Groente & Fruit Encyclopedie (Auteurs: Luc Dedeene & Guy De Kinder, Kosmos Uitgevers)
woensdag 25 maart 2009
Laatste bijzondere tomaten zaaien!
Tomaten voor vollegrondsteelt moeten nu dringend binnenshuis op een warme plaats gezaaid worden. (Ca 20- 25°C.).
Na de kieming de temperatuur laten dalen tot ca 18°C en veel licht geven.
Wanneer tomatenplantjes oppotten?
Eerder gezaaide tomatenplantjes die reeds één echt blad vertonen kunnen afzonderlijk opgepot worden. De aanbevolen temperatuur is 12 tot 18°C. Lager dan 5°C is er geen groeitoename.
Bijzondere smaakvolle tomaten met fruitsmaken.
Dit jaar werden er door mij 60 verschillende bijzondere tomatenrassen gezaaid. Een overzicht van enkele tomatenrassen kan je hieronder lezen.
Rode vleestomaten van het type Coeur de Boeuf: o.a. 'Coeur de Boeuf', 'German Red Strawberry', 'Grandpa's Cocks' en 'Kosovo'.
Rode vleestomaten: o.a. 'Burpee Delicious', 'Gregory Altai', Joie de la Table, Joyau d'Oaxaca, Long Self Life, Omar's Lebanese, Pipo en Zapotec Pink Ribbed.
Roze vleestomaten: June Pink, Jablonka Rossi, North Carolina Pink,
Oranje tomaten: Aviro, Orange 1, Sunray
Gele, geelgroene of geeloranje vleestomaten: o.a. Golden Girl, Golden Jubilée, Goldene Koningin, Granny Smith, Jaffa, Russie, Sungella
Gestreepte of tweekleurige tomaten: Black Zebra, Copia, Fuzzy Wuzzy, Green Copia, Red Zebra, Tonnelet
Witte of ivoorkleurige vleestomaten: White Tomesol
Zwarte, zwartbruine of bruine vleestomaten: Cherokee Chocolate, Black Krim, Purple Prince en Japanese Trifele Black.
Romatypen (Pepervormige tomaten: Aviro, Kaukasische Liane, Linosa, Roma, San Marzano Lampedino, South Americain Banana, Sprite, Tonnelet,
Cherry- of kerstomaten (rood, zwart, geel, oranje): Black Cherry, Fuzzy Wuzzy, Lollipop, Sprite, Tom Red, Whipper Snapper
Laagblijvende zelftoppende tomaten (Groeihoogte 15 tot 30 cm): Fuzzy Wuzzy, Red Alert, Tom Red, Whipper Snapper
Halfhoge zelftoppende tomaten (Groeihoogte ca 40-80 cm): Canabec Rose, Golden Girl, Ida Gold, Islandaise, Manitoba, Silver Fire Tree, Stakeless
Zeer vroegrijpende tomaten (Ideaal voor beschermde openluchtteelt): Burpee Delicious, Canabec Rose, Golden Girl, Gregory Altai, Ida Gold, Islandaise, Jablonka Rossi, Jaffa, Livingston Gold Ball, Manitoba, Pipo, Red Alert, Slava, Sprite, Sungold, Sunlight, Tom Red, Whipper Snapper
Late en zeer laat rijpende tomaten (Ideaal voor kas- of serreteelt): Black Zebra, Linosa, Long Self Life, North Carolina Pink, Tonnelet, Zapotec Pink Ribed
Plantgoed bekomen?
Van sommige tomatenrassen zal er vanaf half april een zeer beperkte hoeveelheid planten te bekomen zijn. Neem hiervoor tijdig contact op!
Meer lezen over bijzondere tomatenrassen.
Geef niet te veel water in het begin, zodat de wortelontwikkeling optimaal kan verlopen. Laat de grond regelmatig goed opdrogen.
Kijk uit voor verbranding door felle zon na het inpotten, want de jonge plantjes zijn nog erg kwetsbaar!
Uitvoerige informatie over het zaaien, rassenkeuze, teelt en verzorging van tomaten kan u vinden in de "Groente & Fruit Encyclopedie".
Meer lezen over de Groente & Fruit Encyclopedie (Auteurs: Luc Dedeene & Guy De Kinder, Kosmos Uitgevers)
-
Meer teeltinformatie van tomaten en andere groenten lezen op plantaardig.com.
dinsdag 24 maart 2009
Entelingen uitplanten en beschermen
De losse geënte onderstammen (= handveredelingen) worden in maart-april uitgeplant en in volle grond uitgeplant.
Vanaf mei tot juli wordt de wildopslag uitgedund en later volledig verwijderd. De entwas en het bindmateriaal wordt ook gecontroleerd.
Vanaf juni kan men steunmateriaal plaatsen om rechte bomen te bekomen.
Door de geënte onderstammen tijdig uit te planten op een voedzame grond bekomt men de meest optimale groei. Een ruime plantafstand geeft een vlakke takkenstand, zodat de bomen sneller productief worden.
Meer lezen over het uitplanten van geënte onderstammen.
maandag 23 maart 2009
Geoculeerde onderstammen afknippen.
Oculaties en entingen vragen een aangepaste verzorging om goed te kunnen uitgroeien. Geoculeerde onderstammen worden in het voorjaar afgeknipt zodat de oculaties kunnen uitlopen. (Zie nr 6 op de afbeelding)
Oculaties niet vastgegroeid (mislukt)? Vanaf april kunnen bij goed weer de voorjaarsentingen in openlucht gedaan worden.
Meer lezen over de verzorging van oculaties (schildgriffels).
Een deskundige fruitsnoei wordt zoveel mogelijk in de juiste maand toegepast. Bekijk nu de handige snoeikalender; een handig overzicht wanneer wat te snoeien.
Lees verder over het snoeien van fruitsoorten in de fruit-snoeikalender.
zondag 22 maart 2009
Zure kersen of krieken zijn zelfbestuivend!
Zure kersen/ morellen/ kriekenbomen -Prunus cerasus - zijn zeer gemakkelijk te kweken op een beperkte plaats. Deze fruitbomen of fruitstruiken blijven relatief klein. Kruisbestuiving is meestal niet nodig, zodat één enkele fruitboom reeds zeer productief kan zijn.
Zure kersen hebben een voorkeur voor een droge, luchtige en zonnige plaats. Plant geen zure kersen tussen andere bomen waar er onvoldoende luchtcirculatie is!! (Er is dan meer gevaar op schimmelziekten).
Indien nodig kunnen ze ook groeien op een schaduwrijke plaats (noordenlocatie), maar de vruchten zijn dan nog zuurder en de vatbaarheid voor bloesemmonilia kan dan groter worden.
Het boomvolume van zure kersen is veel kleiner dan bij zoete kersen. Zure kersen geven veel dunne, afhangende twijgen.
Meer lezen over de rassenkeuze, teelt en ziekten van zure kersen. http://www.houtwal.be/vakartikels/steenfruit/zurekersen-planten.htm
Voor een gezonde groei moeten kriekenbomen regelmatig gesnoeid worden. Gesnoeide bomen hebben meestal een langere levensduur. Snoei de bomen in augustus, zodat de wonden snel kunnen genezen.
Meer lezen over de snoei van zure kersen/ kriekenbomen.
Zure kersen zijn moeilijk of niet te vermeerderen door stekken. Ze worden daarom vermeerderd door enten en oculeren op een onderstam.
Zure kersen, zoete kersen, pruimen, perziken, abrikozen en nectarines behoren allen tot de groep steenfruit (Prunus-soorten).
Meer lezen over de teelt van deze steenfruitsoorten.
Uitvoerige informatie over de rassenkeuze, teelt en verzorging van zure kersen (krieken) kan u vinden in de "Groente & Fruit Encyclopedie".
Meer lezen over de Groente & Fruit Encyclopedie (Auteurs: Luc Dedeene & Guy De Kinder, Kosmos Uitgevers)
zaterdag 21 maart 2009
Voorjaarsenting met de Engelse griffel
De lukking met Engelse of verbeterde plakgriffel is meestal zeer goed. De wonden groeien snel en heel goed toe. Deze entwijze is toe te passen als handveredeling en op vaststaande onderstammen (openlucht).
Bij sommige beginners en weinig aandachtige personen is er met de Engelse griffel meer gevaar om in de vingers te snijden!
Net zoals bij de gewone plakgriffel worden de onderstammen schuin aangesneden. Vervolgens wordt er een bijkomende kleine insnijding (inkeping) gemaakt in het eerste snijvlak. Men begint die inkeping op ongeveer 1/3 van de hoogste punt te snijden. Bij vaststaande onderstammen kan je dit makkelijk doen door het mes min of meer verticaal naar beneden te duwen. Men schuift ent en onderstam zo in elkaar dat de cambiumlagen minstens aan één kant raken. De inkepingen van ent en onderstam worden in elkaar geschoven en houden alles goed bij elkaar.
Op vaststaande onderstammen (in openlucht) wordt meestal vanaf 1 april geënt. Bij voldoende warm weer en bij steenfruit kan ook rond 21 maart reeds geënt worden. Probeer te felle zon, uitdrogende oostenwind en regen te vermijden bij het enten in openlucht.
Meer lezen over de Engelse griffel of verbeterde plakgriffel.
Ook opgepotte onderstammen van kiwi's, druiven, noten, appel en peer kunnen zodra ze goed in groei zijn geënt worden met enthout in rust.
Meer lezen over te gebruiken onderstammen en andere entmethoden.
Twee keer per maand fruitnieuwtjes ivm praktische werkzaamheden ontvangen? Schrijf je hier in voor de Fruit-ABC nieuwsbrief.
vrijdag 20 maart 2009
Kiwi's en kiwibessen planten in de tuin!
Zaterdag 21 maart 2009 om 17.55u wordt een TV-reportage over kiwi's en kiwibessen, opgenomen in de tuin van de "kiwiman", uitgezonden in het programma "Groene vingers" op VTM. Herhaling van deze interessante TV-reportage op zondagnamiddag (14u25).
De opkweek, snoei en verschillende soorten komen aan bod. Ook het enten kan je hier zien.
Breng meer kleur en smaak in uw tuin met een minder alledaagse fruitsoort, de kiwibes (Actinidia arguta). Deze zoete, groene bessen (minikiwi's) rijpen vanaf half september gedurende een drietal weken. Kiwibessen zijn gemakkelijke klim- en leiplanten die wel enige steun vragen. Een pergola of een zonnige muur (schutting) met horizontale draden zijn zeer geschikt. Deze bijzondere fruitsoort moet bestoven worden door een mannelijke kiwibes. Kiwibessen zijn zeer weinig vatbaar voor schimmelziekten, waardoor gewasbehandelingen meestal niet nodig zijn. De bessen zijn rijk aan vitaminen, nuttige mineralen en antioxidanten.
Meer lezen over kiwibessen.
donderdag 19 maart 2009
Appelperen passen ook in de siertuin!
De appelpeer of Aziatische zandpeer (Pyrus pyrifolia) is een opvallende boom voor de fruittuin/siertuin. Deze Aziatische zandpeer is nauw verwant met de gewone (Europese) peren.
In het voorjaar is het een erg opvallende, bloeiende boom. Einde augustus - begin september kan je de opvallende appelvormige vruchten bewonderen en proeven. De mooi gekleurde, ronde vruchten zijn bijzonder sappig. Ze zijn zeer geschikt voor bloemsierkunst en om te verwerken tot fruitsla.
Appelperen groeien best op een zonnige plaats, maar verdragen ook half schaduw. Een zonnige standplaats doet het suikergehalte in de vruchten stijgen. Ook zijn de planten dan minder gevoelig voor schimmelaantastingen.
Meer lezen over appelperen of zandperen (Japanse zandpeer).
woensdag 18 maart 2009
Vroeger vruchten met de juiste onderstam!
Fruitbomen op een (zwakgroeiende) onderstam blijven meestal kleiner en geven vroeger vruchten. (Na 3 jaar vruchten i.p.v. soms 10-12 jaar te moeten wachten). Zaailingonderstammen groeien meestal veel sterker en zijn meestal laat vruchtbaar. Nakomelingen (zaailingonderstammen) zijn meestal erg variabel in groeisterkte. De zwakste worden verwijderd en men houdt enkel de sterkste en gezondste over.
Meer lezen over onderstamsoorten.
Onderstammen worden vermeerderd door afleggen, marcotteren en soms door middel van winterstek. Het vermeerderen van onderstammen is niet altijd gemakkelijk, zodat aankopen soms eenvoudiger is. Door afleggen en stekken blijven de typische eigenschappen van de (zwakgroeiende) onderstammen beter behouden.
Onderstammen worden later geoculeerd of geënt door middel van bijvoorbeeld de Engelse (verbeterde) plakgriffel. In volle grond kan dit enten vanaf einde maart reeds gebeuren.
Meer lezen over onderstammen.
Met sterkgroeiende onderstammen heeft men een grotere plantafstand nodig dan op zwakgroeiende onderstammen. Eenmaal in productie kunnen fruitbomen op sterkgroeiende onderstammen wel meer vruchten produceren dan de zwakgroeiende onderstammen.
Meer lezen over aanbevolen plantafstanden voor fruitsoorten.
Onderstammen vermeerderen door zaaien, stekken of afleggen (marcotteren)?
Meer lezen over de vermeerdering van planten:
Weblinks over plantenvermeerdering.
Hoeveel kunnen fruitsoorten produceren?
De productie hangt af van de fruitsoort en de gekozen onderstam.
Meer lezen over opbrengst van fruitsoorten en FAQ
dinsdag 17 maart 2009
Optimale plantafstanden voor fruitsoorten.
Niet alle fruitsoorten en fruitrassen mogen op dezelfde plantafstand geplant worden. Laagstam (appel, peer, pruim) kunnen op ca 1,50 m geplant worden, half- en hoogstammen (appel, peer, pruim, kers, walnoot) op ca 7-10 m. Rode- en zwarte trosbessenstruiken & kruisbessen op ca 1 m. Leivormen van kleinfruit en appel & peer & trosbessen op 0,50 m. Druiven kunnen op 1,25 of 1,75 m in de rij uitgeplant worden.
Plant gemakkelijke, productieve en gezond-blijvende fruitsoorten op de juiste afstand. Voor een optimale belichting kan u best de fruitrij in de richting noord-zuid planten.
Afhankelijk van de grondsoort, fruitsoort, fruitras en gebruikte onderstam kan de optimale plantafstand verschillen.
Ook het gekozen plant- en teeltsysteem heeft een invloed op de optimale plantafstand. Snoeren en leivormen kunnen soms heel kort bij elkaar geplant worden.
Houtig kleinfruit zoals trosbessen, kruisbessen en frambozen kunnen op de kleinste afstand uitgeplant worden. Zaailingen van gewone walnoten/ okkernoten hebben de grootste plantafstand nodig.
Meer lezen over aanbevolen plantafstanden voor fruitsoorten.
Uitvoerige informatie over de rassenkeuze, teelt en verzorging van fruitbomen, kleinfruit en druiven kan u vinden in de "Groente & Fruit Encyclopedie".
Meer lezen over de Groente & Fruit Encyclopedie (Auteurs: Luc Dedeene & Guy De Kinder, Kosmos Uitgevers)
maandag 16 maart 2009
Jostabessen: gezond en gemakkelijk kleinfruit
Ribes 'Josta' (JOSTABERRY) of jostabes is heel geschikt als vrijgroeiende struikvorm {solitair}. De zwarte bessen zijn erg aromatisch als je ze vers kan afplukken. Deze ongestekelde kleinfruitsoort is weinig vatbaar voor schimmelziekten. Jostabessen zijn in Duitsland ontstaan uit een complexe kruising van zwarte bes en kruisbes.
Jostabessen geven vruchten op kort vruchthout. Hoe minder je snoeit in de winter hoe beter!
Een beperkte zomersnoei waarbij jonge scheuten regelmatig worden ingetopt op 10-15 cm mag gebeuren. In vergelijking met andere bessensoorten is de productie lager en worden de struiken groter in omvang.
Jostabessen kunnen eenvoudig vermeerderd worden door winterstekken. Het uitplanten ervan doet u best in maart.
Meer lezen over het planten en verzorgen van een jostabes.
Uitvoerige informatie over de rassenkeuze, teelt en verzorging van Jostabessen kan u vinden in de "Groente & Fruit Encyclopedie".
Meer lezen over de Groente & Fruit Encyclopedie (Auteurs: Luc Dedeene & Guy De Kinder, Kosmos Uitgevers)
Tracht de eerste jaren zo weinig mogelijk te snoeien. Verwijder enkel te laag zittende zijtwijgen en dode takken.
Een te sterke snoei is nadelig voor de vruchtzetting, daar jostabessen vooral op korte twijgjes vruchten geven.
Luchtig gesnoeide planten zijn gemakkelijker te plukken en te beschermen tegen vogelvraat.
Snoeitijdstip: tussen februari en maart.
Zie ook "Snoeikalender fruitsoorten"
zondag 15 maart 2009
Winterstekken in volle grond uitplanten.
Het uitplanten van winterstekken of houtstekken in volle grond. Steek de stekken 1/2 tot 2/3 diep op grond die afgedekt is met zwarte plastiekfolie. Vroeg uitplanten (februari-maart) op zwarte plastiek geeft de beste beworteling en groei. Gebruik goed verteerde mest voor een optimale groei en om verbranding te voorkomen.
Winterstekken van jostabessen en zwarte bessen wortelen meestal zeer gemakkelijk en kunnen ook op hun definitieve plaats uitgeplant worden.
Winterstekken van onderstammen die later geoculeerd moeten worden, kan men iets ruimer uitplanten zodat ze goed te bereiken zijn.
Voorzie de winterstekken van een duidelijk etiket en let op dat dit niet kan insnoeren.
Meer lezen over het uitplanten van winterstekken.
Van gemakkelijk wortelende kleinfruitsoorten zoals rode trosbes, witte trosbes, zwarte bes en jostabes kunnen er nu ook nog stekken genomen worden.
Lees verder over kleinfruit en druiven vermeerderen door stekken.
Niet alle fruitsoorten kunnen nu nog gestekt worden. Wil je toch op een ander tijdstip stekken, plaats dan de stekken in een pot met stekgrond en hou de pot op een temperatuur van minimum 10°Celsius.
Lees verder in de stekkalender-fruitsoorten.
zaterdag 14 maart 2009
Bestuiving is belangrijk bij pruimenbomen.
Pruimenbomen hebben meestal kruisbestuiving nodig!
Belangrijk voor de productie bij pruimen is de bestuiving. In het algemeen bloemen ze vroeg. Voor een goede vruchtzetting moeten er meestal 2 gelijkbloeiende* rassen geplant worden.
Een slechte productie is meestal te wijten aan: een slechte bestuiving, te koud (vorst) of te nat tijdens de bloei. Laatbloeiende en zelfbestuivende rassen geven meestal minder beurtjaren.
Een goede bestuiver moet veel stuifmeel leveren (jaarlijks) en moet gelijktijdig met het andere pruimenras bloeien. Warm en droog weer zijn ideaal voor een goede bestuiving. Laat bloeiende pruimenrassen zijn meestal minder onderhevig aan lentenachtvorst.
Enkele goede zelfbestuivers (ZB): 'Sainte Cathérine', Belle de Louvain, Altesse Simple, Mirabelle de Metz, Prune de Prince (RGF) , Victoria (syn. Reine Victoria), Sanctus Hubertus en Opal.
Ook de mirabelpruimen en kwetspruimen (Altesse Simple-typen) zijn zelfbestuivend en hebben geen kruisbestuiving nodig.
Meer lezen. http://www.houtwal.be/vakartikels/steenfruit/pruimenbomenbestuiving.htm
Vroeg rijpende pruimen zijn o.a. 'Opal' en 'Early Laxton'.
Meer lezen over het planten en de raskenmerken van pruimen.
Meer lezen over zelfbestuivende mirabelpruimen
Meestal zijn pruimenbomen gemakkelijke fruitbomen die slechts weinig of geen snoei vragen en die meestal gezond opgroeien.
Pruimenbomen en andere steenfruit kan u best snoeien tussen half april en half september. Takken uitbuigen kan vanaf maart tot augustus gebeuren.
Meer lezen over het uitbuigen en de snoei.
Uitvoerige informatie over de rassenkeuze, bestuiving, snoei en verzorging van pruimenbomen kan u vinden in de "Groente & Fruit Encyclopedie".
Meer lezen over de Groente & Fruit Encyclopedie (Auteurs: Luc Dedeene & Guy De Kinder, Kosmos Uitgevers)
vrijdag 13 maart 2009
Planten vermeerderen door marcotteren en afleggen.
Afleggen is een methode van vegetatieve vermeerdering, waarbij een tak zo in de grond gebogen wordt, dat de top weer boven de grond uitkomt. Het afleggen kan o.a. bij hazelaar (Corylus avellana), druiven (Vitis vinifera), kiwibessen (Actinidia arguta) en diverse klimplanten toegepast worden.
Het afleggen geeft meestal een goede beworteling, er is weinig risico op mislukking en de planten worden op eigen wortel geteeld, waardoor hinderlijke wildopslag uitgesloten is.
Het marcotteren door aanaarden gelijkt erg op het afleggen, maar alles gaat sneller en is eenvoudiger. De scheutbasis van een laag vertakte plant wordt met grond bedekt. Aan de scheutbasis van elke scheut worden wortels gevormd. Deze methode wordt voornamelijk toegepast voor het vermeerderen van fruitboomonderstammen.
Het gedeelte in de grond mag eerst gekwetst worden, zodat er gemakkelijker wortels ontstaan. U kan op die plaats wat schors wegnemen ofwel een beetje wringen.
Meer lezen over planten vermeerderen door afleggen en marcotteren.
Sommige onderstammen kunnen vermeerderd worden door zaaien of stekken. Gezaaide onderstammen groeien meestal veel sterker en zijn dan pas laat vruchtbaar. Onderstammen vermeerderd door stekken of afleggen groeien meestal zwakker (trager) omdat de typische eigenschappen (een zwakke groei) beter behouden blijven.
Meer lezen over fruitsoorten vermeerderen.
Niet alle fruitsoorten kunnen op dezelfde manier vermeerderd worden.
Lees meer over soorten onderstammen en hun vermeerdering.
Zie ook weblinks plantenvermeerdering
donderdag 12 maart 2009
Fruit voor dummies. (Gemakkelijkste fruitsoorten)
Niet alle fruitsoorten zijn even gemakkelijk te kweken en te snoeien. Sommige fruitsoorten vragen heel wat onderhoud. Toch zijn er enkele fruitgewassen die erg aan te raden zijn, omdat ze weinig kans op mislukking geven, snel vruchten geven en zelfbestuivend zijn.
Fruitsoorten met naakte wortel worden best in november -december geplant om een optimale hergroei te krijgen.
Fruitsoorten (kleinfruit) in pot kunnen vanaf september tot april worden geplant. Voor leifruit kan je best op voorhand de draden reeds spannen. Fruitsoorten die aan draden moeten geleid worden zijn braambessen, taybessen en frambozen. Andere fruitsoorten zijn ook soms te leiden.
Probeer met houtig kleinfruit zoals trosbessen, kruisbessen, frambozen, bramen en taybessen te starten. De snoei is eenvoudig uit te voeren en de bessenproductie start zeer vroeg. Van elke fruitsoort zijn er ook ziektetolerante rassen te bekomen.
Voor het planten in maart kan u beter fruitsoorten in pot gebruiken, waarvan de hergroei veel beter is.
Meer lezen over de gemakkelijkste fruitsoorten.
woensdag 11 maart 2009
Perzik-krulziekte vraagt extra aandacht!
Er is groot gevaar op krulziekte-infectie (Taphrina deformans) op perzik- en nectarinebomen.
De meeste rassen van perzik en nectarine zijn vatbaar voor de krulziekte. Werden uw bomen vorig jaar aangetast, dan kan het wenselijk zijn enkele beschermende behandelingen uit te voeren.
Vanaf 8 tot 10°C is er infectiegevaar voor de krulziekteschimmel op uw perzik- en nectarinebomen (= Periode half februari - half/einde maart).
Controleer dagelijks de twijgen van uw perzik- en nectarineboom om te zien of de knoppen groter worden en de bloemkleur zichtbaar wordt.
De schimmelziekte overwintert in de knoppen en bij het zwellen (uitlopen) van de knoppen, in het vroege voorjaar (februari-maart), worden de ontluikende perzikbladeren geïnfecteerd.
De perzikbladeren zijn later opgezwollen, misvormd en verkleuren geelgroen tot rood. Later volgt er bladval en stopt de groei. Zwaar aangetaste perzik- en nectarinebomen verzwakken, krijgen gomziekte en kunnen na 3 - 4 jaar afsterven. De oogst van volgend jaar wordt veel kleiner dan normaal.
Preventieve bespuitingen met schimmelwerende middelen bij de bladval én bij zwellende knoppen (midden februari tot half of einde maart) geven meestal een zeer goed resultaat.
Ook plantversterkende middelen (heermoesgier) en goede buurplanten zouden een goed resultaat geven tegen de krulziekte. Het is NU de periode om enkele preventieve behandelingen toe te passen. Vraag in een tuincentrum/ tuinwinkel naar een geschikt schimmelwerend product (fungicide) voor deze behandeling.
De producten die toegestaan zijn om te gebruiken zijn dikwijls verschillend in Nederland t.o.v. België. Daarom worden hier geen productnamen vernoemd.
Zie ook fruitblog van vorige maand over de krulziekte.
Meer lezen over het behandelen van krulziekte op perzik en nectarine.
--
Perzikrassen voor de tuin.
--
Zure kersen en sommige pruimenrassen kunnen aangetast worden door tak- en bloesemsterfte (Monilia laxa). Het kan daarom interessant zijn de vatbare bomen ook mee te behandelen, vanaf de bloemknoppen in ballonstadium zijn.
Het is niet altijd eenvoudig om ziekten en plagen op cultuurplanten te determineren.
Een overzicht van nuttige weblinks plantenziekten en plagen: diagnose, voorkoming en biologische bestrijding bij fruit, groenten en sierplanten.
dinsdag 10 maart 2009
Fruit voor kleine tuinen
Ben je ook dol op kleinfruitbessen, kiwibessen (Actinidia arguta), vijgen (Ficus carica), blauwbessen (Vaccinium corymbosum), bramen (Rubus fruticosus) en druiven (Vitis vinifera)? Plant dan nu nog enkele fruitsoorten. Wacht niet te lang, wil je in deze zomer de eerste bessen of vruchten oogsten!
Herfstframbozen (Rubus idaeus), trosbessen (Ribes rubrum) en kruisbessen (Ribes uva-crispa) zijn ook geschikt voor kleine tuinen.
Rode-, witte en zwarte trosbessen bevatten net zoals kruisbessen (stekelbessen) veel gezonde pectine. Ze zijn eenvoudig te kweken en te verzorgen, ook in heel kleine tuinen.
Rode frambozen, bramen en blauwe bessen zijn zeer rijk aan antioxidanten.
Rode herfstframbozen geven vanaf augustus tot einde oktober talrijke lekkere en gezonde vruchten! Frambozen groeien op de meeste gronden, mits die niet te nat is. Herfstframbozen kunnen ook in potten of kuipen gekweekt worden.
Zelfbestuivende pruimenbomen zoals o.a. 'Opal' geven snel vruchten.
Meer lezen over snel producerend fruit voor kleine tuinen.
maandag 9 maart 2009
Tomaten zaaien vanaf 10 tot 25 maart!
Het is NU de tijd om bijzondere tomatenplanten te zaaien op een warme plaats.
Er zijn tomatenrassen met bijzondere vormen, kleuren en smaken. Ongewone vlees-, ronde-, tros-, cocktail-, kers- en pruimtomaten kan je nu zaaien.
De ideale zaaiperiode voor tomatenteelt in kas (serre) is tussen 10 en 25 maart. Ook vroegrijpende tomatenrassen en zelftoppende tomaten voor teelt in potten & emmers kunnen best vroeg gezaaid worden. Beschikt u over een serre (kas) of veranda die licht verwarmd kan worden, zaai dan vanaf 10 maart.
Voor openluchtteelt (volle grondsteelt) kan gezaaid worden tussen 15 en 30 maart. Later zaaien (tot 15 april) kan ook, maar geeft in natte zomers kans op een misoogst. Indien u door omstandigheden toch later zaait, neem dan vroegrijpende en/of zelftoppende tomatenrassen.
Zaai tomaten in speciale zaai- en stekgrond op een warme plaats (20-25°C). Voor de kieming is geen licht nodig. Dek de isomozaaikist (zaaipot) af met glas of plastiekfolie zodat de luchtvochtigheid zo hoog mogelijk is. De meeste tomatenrassen kiemen na 5-7 dagen en dan moet het glas of de plastiekfolie onmiddellijk verwijderd worden. De jonge plantjes moeten zoveel mogelijk licht krijgen! Inpotten kan gebeuren zodra het eerste echte blad verschijnt.
Het uitplanten van de tomaten in kas (serre) en volle grond kan gebeuren vanaf half april tot einde mei. De oogst van de vroege rassen start einde juni en eindigt einde oktober met de late rassen.
Indien u geen tomaten zaait, maar ze liever als plantgoed aankoopt, dan ben je meestal beperkt tot enkele gangbare rassen (meestal hybriden), met eerder gewone smaak.
Meer lezen over het zaaien van bijzondere tomatenrassen.
Uitvoerige informatie over het zaaien, rassenkeuze, teelt en verzorging van tomaten kan u vinden in de "Groente & Fruit Encyclopedie".
Meer lezen over de Groente & Fruit Encyclopedie (Auteurs: Luc Dedeene & Guy De Kinder, Kosmos Uitgevers)
-
Meer teeltinformatie van tomaten en andere groenten lezen op plantaardig.com.
zondag 8 maart 2009
Het snoeien en leiden van braambessen & taybessen.
Bij het telen van braambessen (bramen)- Rubus fruticosus is een jaarlijkse snoei belangrijk. Jaarlijks snoeien voorkomt de uitbreiding van ziekten. Snoeien kan in het najaar (oktober/november) of in het voorjaar (maart) gebeuren.
Bramen en taybessen geven vooral vruchten op jonge stengels die het vorige jaar gevormd zijn (= eenjarige twijgen)
Bij de jaarlijkse snoei worden alle oude takken die vruchten hebben gedragen volledig verwijderd. Ze zijn te herkennen aan de zijtakken met verdroogde vruchten. Gebruik voor de oude takken weg te snoeien een goede takkenschaar, want de oude takken zijn soms 5 cm dik!
Na de snoei worden de overige (jonge) bramentakken waaiervormig omhoog geleid en losjes vastgemaakt. Eventuele zijtakken worden op 2-3 knoppen ingekort (= ca 10 cm). Te lange aangebonden takken worden ongeveer 15 cm boven de bovenste draad afgesnoeid.
Aan een goed gesnoeide en mooi geleide bramenstruik worden de bramenvruchten groter, zoeter en zijn minder vatbaar voor vruchtrot & bramengalmijt.
Taybessen (Rubus 'Tayberry') worden op dezelfde wijze als bramen gesnoeid.
Meer lezen over het snoeien van braambessenstruiken.
De taybes/ tayberry (= kruising van braam en framboos) is een bijzonder productieve, bladverliezende, kleinfruitsoort die bijzonder geschikt is als leiplant in fruit- en siertuinen. De witroze bloemen verschijnen in mei-juni en zijn niet gevoelig voor de lentenachtvorst. Mits een goede standplaats kan de plant in de vroege zomer bloeien en enkele maanden later reeds eetbare vruchten geven. De bijzonder smakelijke, zoetzure vruchten welke we rond half juli aantreffen, zijn meestal niet te bekomen in de gewone fruitwinkels. Gemakkelijk te telen fijn gestekelde plant voor volle zon, groeihoogte ca 150 cm. Pluktijd juli-augustus, snoeien na de oogst ofwel in maart.
Braambessen en taybessen zijn eenvoudig te vermeerderen met topafleggers in augustus-september.
Meer lezen over taybessen (kruising van bramen en frambozen).
Niet alle fruitsoorten mogen nu gesnoeid worden.
Lees meer over welke fruitbomen en fruitstruiken in maart mogen gesnoeid worden. (Snoeikalender fruitsoorten)
zaterdag 7 maart 2009
Blauwe bessen: Bemesting en pH
Gebruik bij blauwe bessen (Vaccinium corymbosum) geen kalkrijke meststoffen en ook geen verse organische mest!
Vanaf maart tot mei kan u bemesten met gedroogde organische meststoffen (koemest) of traagwerkende scheikundige meststoffen en zuurwerkende meststoffen. Ook is een mengsel 1/2 compost + 1/2 fijn hakselhout bruikbaar.
In de meeste tuincentra kan u ook speciale meststoffen voor heideplanten vinden. Deze zijn ook goed bruikbaar voor het bemesten van blauwe bessen en bosbessen.
Dek de grondoppervlakte af met 10 cm hakselhout. Mulchen met hakselhout zorgt voor een goed bodemleven en een optimale groei.
Bij het planten kan u beter geen meststoffen toedienen, want de wortels verbranden gemakkelijk.
Geeft NOOIT kalk aan blauwe bessen, want deze zijn kalkhatend. Ze houden van een zure tot lichtzure, humusrijke grond. Indien de pH (zuurheid van de grond) niet gepast is dan kan er abnormale geelverkleuring van de bladeren ontstaan. (Zie afbeelding)
Meer lezen over de bemesting en bodem pH van blauwe bessen.
De meeste andere fruitsoorten kunnen in de maanden maart en april ook een eerste bemesting krijgen.
Meer lezen over de bemesting van fruitbomen, druiven, noten en houtig kleinfruit.
Uitvoerige informatie over de snoei, rassenkeuze, teelt en verzorging van blauwe bessen kan u vinden in de "Groente & Fruit Encyclopedie".
Meer lezen over de Groente & Fruit Encyclopedie (Auteurs: Luc Dedeene & Guy De Kinder, Kosmos Uitgevers)
vrijdag 6 maart 2009
Blauwe bessen: rassenkeuze en bestuiving.
Kruisbestuiving of zelfbestuiving bij blauwe bessen? Rassenkeuze?
De vroegste blauwe bessenrassen (Bluetta, Spartan en Patriot) rijpen vanaf begin juli, de laatrijpende rassen (Coville, Elliot) rond midden september. Zelfbestuiving kan, maar kruisbestuiving geeft dikkere en meer bessen.
Vaccinium corymbosum 'Sunshine Blue' is een groenblijvend en laatrijpend ras. Zeer productief zijn Spartan, Bluecrop en Elliot. De dikste blauwbessen hebben Nui, Puru en Bonus.
De meeste blauwe bessenrassen kunnen na zelfbestuiving vruchten geven. Er zijn enkele rassen welke beslist kruisbestuiving met andere rassen nodig hebben. Het zijn o.a. 'Coville' en 'Spartan'.
Bij alle blauwe bessenrassen geeft een goede kruisbestuiving dikkere en meer vruchten.
De maand maart is ideaal om blauwe bessenstruiken aan te planten.
Meer lezen over de verschillende blauwe bessenrassen.
Adressen waar u plantgoed van blauwbessen en/of andere fruitsoorten kan bekomen.