1. APPELBOMEN.
Er is minder aantasting van echte meeldauw, spintmijten en fruitmot/appelmade.
Er is meer aantasting van schurft (schimmelziekte) bij de vatbare rassen. (Zie foto)
Op een natte grond worden appelbomen gevoelig voor aantasting van vruchtboomkanker.
2. PERENBOMEN.
Bij sommige rassen barsten van de vruchten. Op zandgronden is er meer schade.
Er is meer aantasting van schurft.
Opvallend sterke groei en meestal een grote vruchtrui (vruchtval) waardoor er weinig vruchten overblijven.
3. STEENFRUITBOMEN (Pruimen, perzik, nectarine, kersen).
Barsten of scheuren en vruchtrot van onrijpe pruimen. Op zandgrond barsten er meer vruchten dan op kleigrond.
Op een te natte standplaats kan er bladvergeling, bladval en zelfs boomsterfte voorkomen.
Controleer wekelijks uw bomen en verwijder alle gebarsten en/of beschimmelde (vruchtrot) vruchten.
Pruimen die bijna rijp zijn en die barsten kan u gebruiken om jam/confituur te maken.
Alle steenfruitsoorten verdragen geen natte grond. Als de grond te nat is dan moet u die dringend ontwateren.
Op perzikvruchten kan door de frequente regenbuien perzikschurft ontstaan.
Snoeien van steenfruitbomen (kers, pruim, perzik, ...) kan u best in een DROGE en warme periode doen zodat de snoeiwonden snel genezen.
4. RODE- EN WITTE (ROZE) TROSBESSEN.
Bladval tengevolge van schimmels of door uitspoeling van kaliummeststof.
Meer vruchtrot bij de bessen.
Laatrijpende rassen kan u best voorzien van een zgn. "regendak" zodat ze minder nat worden.
5. BRAAMBESSEN, TAYBESSEN EN FRAMBOZEN.
Abnormale bladvergeling en bladval door schimmelaantasting.
Bij zomerframbozen kunnen de planten afsterven als de grond te nat of te vast is.
Bramen verdragen beter te natte gronden.
6. DRUIVEN.
Meer aantasting van bladeren door valse meeldauw (Peronospora).
Opvallend sterke groei waardoor er meer zomersnoei nodig is.
Probeer het aantal trossen te beperken zodat ze toch goed kunnen uitgroeien.
Druiven verdragen geen natte grond! Zorg dat het regenwater snel weg kan en maak met een cultivator regelmatig de grond los. Een losse grond kan beter opwarmen en de groei is beter.
7. TOMATEN.
Meer aantasting van aardappelplaag/tomatenplaag (bladeren en vruchten worden aangetast) en van bladvlekkenziekte . Controleer tweemaal per week uw planten en verwijder de aangetaste delen.
In een te natte grond is er meer bladvergeling en kan er verwelkingsziekte (Verticillium) optreden.
Door te vochtige lucht is er een minder goede bestuiving mogelijk. Tijdens een droge dag probeer je de bloemen eens te trillen.
HOE SCHADE VOORKOMEN OF BEPERKEN?
- De grondoppervlakte bedekken met mulch (organisch materiaal) zoals grove compost, hakselhout, grasmaaisel, bladeren, plantenresten, ...
- Nabij gelegen gras niet te kort afmaaien (5-8 cm). Lang gras verdampt meer water dan kort gras!
- Planten in de kas/serre moet u zoveel mogelijk luchten. Let op voor lekkages in de kas/serre want daar ontstaat infectie van de aardappelplaag!
- Bij planten in pot kunt u de opvangschaal tijdelijk verwijderen. Tomaten verdragen geen natte en koude grond!
- Bij jonge bomen in volle grond kunt u met een cultivator de grond losmaken zodat hij sneller kan opdrogen.
- Bomen en kleinfruit in volle grond (zandgrond) kan u licht bijmesten om de uitspoeling te compenseren.
- Te natte grond bij appelbomen en steenfruitbomen kan u best DIRECT ontwateren! Bij langdurig natte grond sterven de meeste wortels af.
- Plant geen gevoelige fruitsoorten op natte gronden.
Groente- en fruit encyclopedie met info over rassenkeuze, teelt en verzorging van alle fruitsoorten en groentesoorten.
Twee keer per maand fruitnieuwtjes ivm praktische werkzaamheden ontvangen? Schrijf je hier in voor de Fruit-ABC nieuwsbrief.
labels: natte grond, regen en fruit, fruit voor natte grond, barsten vruchten, bladval natte grond
Geen opmerkingen:
Een reactie posten